03. Ladismith
64
post-template-default,single,single-post,postid-64,single-format-standard,bridge-core-3.3.1,qode-page-transition-enabled,ajax_fade,page_not_loaded,,qode-title-hidden,qode_grid_1300,footer_responsive_adv,qode-content-sidebar-responsive,qode-theme-ver-30.8.1,qode-theme-bridge,qode_header_in_grid,wpb-js-composer js-comp-ver-7.9,vc_responsive

03. Ladismith

Ladismith, Zuid-Afrika, 2008.

Het is inmiddels 14 jaar geleden dat ik tijdens een roadtrip door Zuid Afrika in een klein dorpje namens Ladismith belandde. In 1850 hadden de Boeren in de Zuid Afrikaanse oorlog zich het stuk grond toegeëigend en een dorpje ervan gemaakt. Dit was vernoemd was naar de vrouw van Sir Harry Smith, de gouveneur van de Kaapse Kolonie. Het dorpje was weer bevrijdt door Sir Redvers Buller in Februari 1900.

De straten waren verlaten toen mijn toenmalige geliefde en ik naar een restaurant toe wandelden dat onze gastheer ons had aanbevolen. Het bleek een huiskamer, een vide met twee kleine ronde tafeltjes met twee stoelen. Aan de andere tafel zat een wat ouder stelletje dat ook uit Nederland kwam en we raakten al snel in gesprek. De vrouw had een huisje geërfd en ze brachten net als wij de kerstdagen in het zonnige Zuid Afrika door. Na de maaltijd waren we nog niet uitgepraat en zo werden we uitgenodigd voor nog een drankje in het nieuwe huisje. We spraken over het leven als Nederlander in Zuid-Afrika, de politiek, prinses Irene en haar liefde voor bomen en het werk dat zij jarenlang hadden gedaan in de verslavingszorg. Ik was erg geïnteresseerd in dat laatste onderwerp, mijn vader hield van gokken en ik vroeg me af hoe dat kwam. De man vertelde dat de therapie die hem persoonlijk erg had geholpen een model was waarbij je op zoek ging naar het innerlijke kind. Het kind dat je ergens had achtergelaten en we weer terug moesten vinden. Ik had aandachtig naar hem geluisterd maar er nog maar weinig van begrepen. Het idee fascineerde me echter en ik wilde er graag meer over weten.

De volgende dag reden we verder landinwaarts en tegen de avond stopten we bij een kleine natuurcamping. Ik was degene die dolgraag wilde camperen, mijn vriend hield niet zo van camperen en zei dat hij geen idee had hoe hij de tent op moest zetten. Enigszins zelfingenomen liet ik hem maar al te graag zien hoe het moest, maar toen ik eindelijk klaar was en trots om me heen keek was hij allang uit zicht verdwenen en zat een vuurtje te maken. ‘And man made fire…’Terwijl ik in een hete tent de luchtbedden op zat te blazen droop het zweet van mijn voorhoofd en prikte in mijn ogen. Ik voelde een steek van pijn in mijn hoofd en mijn stemming zakte tot op het dieptepunt. Sjacherijnig en gefrustreerd kroop ik op handen en voeten de tent uit en zocht naar de ‘zondebok’. Als een aap op een rots zat hij voldaan het vuurtje op te stoken en genoot zichtbaar van zijn biertje. En mijn ‘aardige’ ‘beleefde’ ik werd overspoelt door een golf van hele andere emoties waar ik me totaal geen raad mee wist. Ik dacht aan alle dingen die ik al ‘geslikt’ had tijdens de vakantie en voelde me een idioot, want ik had alles mezelf aangedaan. Ik liet hem rijden omdat hij net zijn rijbewijs had ook al stond de huurauto op mijn naam. Ik was nogal verbolgen dat hij toen ik even wilde rijden meteen kritiek had, terwijl ik zijn geklungel weghad gewuifd om hem te ondersteunen. Ik had hem de kaartjes stiekem toegeschoven waardoor hij met monopoly kon winnen. Ik had de tas met bloemenprint het strand op en af gesjouwd toen hij zei dat hij niet gezien wilde worden met een bloementas. En ik had de tent op gezet toen hij zei dat hij niet goed wist hoe dat allemaal moest. Hij vroeg zelden iets, hij stond gewoon een beetje te klungelen en dan nam ik gewoon steeds alles over. Wat bezielde me? Ik vond dat ik alles (beter) moest kunnen en weten, hulpvaardig moest zijn, en relaxed, handig, volwassen, begripvol, aantrekkelijk, lief, vrolijk, grappig, netjes, opgeruimd, slim, ik doorhebben wat er speelde, wat iedereen dacht, lekker kunnen koken en gezond, mooie illustraties maken, zelfstandig en onafhankelijk zijn, mijn eigen geld verdienen en nog veel meer…van niemand minder dan mezelf.

Blijkbaar dacht ik dat als ik dat allemaal zou kunnen er een droom in vervulling zou komen. Er gebeurde echter helemaal niets. Ik raakte alleen zelf volledig overspannen van alle eisen die ik aan mezelf stelde, en ik ontplofte bijna van frustratie omdat ik er niet mee kon stoppen. Ik ging maar door.

Ik liep snel naar de huurauto en ging achter het stuur zitten en ademde diep in en uit. In de achteruitkijkspiegel zag ik dat mijn vriend zich van geen kwaad bewust was en vrolijk een stuk courgette aan een sate-stokje prikte en in het vuur grilde. Hoe heerlijk moest het zijn om gewoon tevreden met jezelf te zijn zonder er iets voor te hoeven doen. De sleutel van de auto stak nog in het slot, ik dacht; zal ik wegrijden? Ik zag mezelf al de camping afscheuren in een wolk van stof en grijnsde bij gedachte aan zijn verbazing. Even overwoog ik de consequenties. Wilde ik echt alleen verder reizen? Nee, dat durfde ik niet. Ik wou alleen dat hij zich zo zou voelen als ik me voelde, dat iemand eindelijk zou snappen dat ik mijn best aan het doen was iets duidelijk te maken wat niemand leek te begrijpen.
Ik hoopte dat hij zou vragen waarom doe je dat? Heb je daar wel eens over nagedacht? Is dat werkelijk wat je wil, of wil je misschien liever iets anders doen? Het viel hem echter niet op, hij was lekker met zichzelf bezig en ik wou dat ik dat ook kon. Met mezelf bezig zijn en mezelf vragen wat wil je graag doen?

Ik keek door de autoruit naar buiten, het helmgras wuifde vredig heen en weer en de zilveren bladeren van de bomen ritselden zachtjes in de wind. De tranen liepen geruisloos over mijn wangen. Ik was zo moe van mezelf. Ik was geen heilige, de lat lag gewoon te hoog en ineens dacht ik weer aan de woorden van de man die avond ervoor, over het kind in jezelf. Het kind dat ik vroeger geweest was en ergens zou hebben achtergelaten. Ik probeerde me voor te stellen hoe mijn innerlijk kind eruit zou zien en ik stelde me een klein meisje voor van een jaar of acht, met een dikke bos haar dat helemaal in de klit zat waardoor je haar gezicht niet goed kon zien. Ik zag alleen twee grote glanzende ogen fonkelen. Ze droeg een vies oud onderhemd van zachte katoen, een onderhemd zoals mijn vader dat altijd had gedragen. Ik wist nog goed hoe dat voelde. Het viel bij haar tot op haar knieën, daaronder zag je twee benen onder de blauwe plekken en smeer, en op haar knie zat een grote korst. Je kon zien dat ze wild was en ik mocht haar onmiddellijk.

In gedachten omarmde ik haar en op hetzelfde moment besefte ik dat mijn gedachten en de woede verdwenen was. Ik stapte uit de auto en liep naar het vuur, en mijn vriend reikte me vriendelijk een biertje aan en ik kon niet meer bedenken waarom ik zo boos was geweest. Ik wist dat ik iets op het spoor was toen ik in het vuur staarde die avond en voelde me zeldzaam vervuld.

 

Tags:
1 Reactie
  • Jack
    Geplaatst op 13:08h, 06 mei Beantwoorden

    Het Sprookje is mijn favoriete onderdeel van de blog. Mooi geschreven.

Geef een reactie