Tarot in de Kabbalistische Levensboom
1494
post-template-default,single,single-post,postid-1494,single-format-standard,bridge-core-3.3.1,qode-page-transition-enabled,ajax_fade,page_not_loaded,,qode-title-hidden,qode_grid_1300,footer_responsive_adv,qode-content-sidebar-responsive,qode-theme-ver-30.8.1,qode-theme-bridge,qode_header_in_grid,wpb-js-composer js-comp-ver-7.9,vc_responsive

Tarot in de Kabbalistische Levensboom

Denk maar niet dat ik je in deze luttele bladzijden de Kabbalah kan uitleggen. Dat geldt trouwens evenzeer voor de Tarot. En vooraf voor alle duidelijkheid, je kunt een heel goede kabbalist zijn zonder ook maar iets van de Tarot te weten. Andersom hoef je als tarotist niets van de Kabbalah te weten om een uitstekende kaartlegger te zijn. Het zijn allebei esoterische systemen die volstrekt los van elkaar gehanteerd kunnen worden. Wel kun je als je beide systemen in elkaar vlecht over en weer tot nieuwe inzichten en inspirerende vergezichten komen. Dit artikel is voornamelijk gebaseerd op de uitleg zoals verwoord in ‘De stok van Thot’ en verscheen tevens in Tarot Magazine.

Kabbalah betekent van oor naar oor de leer ontvangen, de fluistering van het ware. Het kabbelt maar voort. Het is gestoeld op het oude gnostische denken rond de Middellandse Zee en de (joodse) Merkabah mystiek die van de tweede tot de elfde eeuw na Christus levend werd gehouden in kleine esoterische kringen. Hun missie: Trek je eigen zegekar! Gnosis wordt omschreven als een religie die zich kenmerkt door de mythische uitdrukking van de zelfervaring die voortkomt uit het besef dat zich in de godheid zelf een tragische splitsing heeft voorgedaan tussen goed en kwaad.

De mens is in diepste wezen goddelijk, maar voelt en ervaart deze wereld als ongelukkig en vervreemdend. Gnosis is een verlossingsleer uit dit ongeluk en die bevreemding. Het gaat daarbij om een weten van binnenuit dat in overeenstemming is met het grote geheel. Dit wordt ook het samenvallen van microkosmos en macrokosmos genoemd.

De Kabbalah manifesteerde zich in het Westen vanaf de twaalfde eeuw. De bloei begon in Zuid-Frankrijk, met name in de Provence, tegelijkertijd met de opkomst van Kathaarse cultuur. In deze cultuur werd Jezus Christus niet gezien als de verlosser van de mensheid. Neen, ieder mens moet zichzelf verlossen uit de cirkel van ellende! Het hoeft geen betoog dat deze opvatting over zelfverlossing diametraal inging tegen de leer van de gevestigde kerk en ten koste ging van haar machtspositie. Deze ‘ketterse’ leren werden dan ook te vuur en te zwaard bestreden, hetgeen leidde tot de verbranding van de ‘laatste’ Katharen in 1244 op de berg Montsègur in Frankrijk.

Een belangrijke reden van Geheime Leren om ondergronds te gaan en zich te verhullen in slechts voor ingewijden begrijpelijke esoterische termen, is dan ook omdat er geen andere manier is om de leer door te geven. Pas in het huidige tijdsgewricht, wat Aleister Crowley het Tijdperk van Horus het Kind noemt (Zie kaart XX. De Aeon), komt alles bij stukjes en beetjes, en hoe langer hoe meer, naar boven.

Ontstaan
De Levensboom in de Kabbalah beschrijft het ontstaan van de Kosmos en de Werkelijkheid zoals wij die kennen. In den beginne was er nietheid. Ja, maar wel de drie sluiers van het negatieve bestaan: niets, oneindigheid en oneindig licht. Hieruit heeft zich onze werkelijkheid gemanifesteerd. Dit past in de Bijbelse uitspraak: er zij licht, en er was licht. De kosmos omvat zowel wetmatigheid als chaos, die over en weer in elkaar overgaan en elkaar onderling beïnvloeden. De Levensboom is in feite een kapstok om de Kosmos te bevatten. Je kunt er jaren en jaren studie en meditatie aan wijden, het houdt nooit op. De zojuist genoemde wetmatigheid en chaos zou je al kunnen zien als de oerpolarisatie van licht en donker, bewust en onderbewust, mannelijk en vrouwelijk enzovoort. De Tarot is eveneens een geheimtaal in de zoektocht naar de juiste, ware en universele aard van de Kosmos en jouw zelf. De Tarot en de Levensboom zijn dus op elkaar betrokken. Sterker nog de Tarot representeert zelfs het Gnostische en Kabbalistische denken.

Er zijn meerdere manieren om de boom weer te geven. De Hebreeuwse namen die we gebruiken zijn verwesterde uitdrukkingen van de oorspronkelijke schrijfwijze. Boven in de figuur zie je de drie sluiers van het negatieve bestaan: Ain, Absoluut Niets (in de figuur zelf aangegeven met 0); Ain Soph, Grenzeloosheid of Absoluut Al (00); Ain Soph Aur, Eindeloos Licht (000). Drie maal niets blijft niets, maar toch ontstaat de schepping. Uit deze drie sluiers van het negatieve bestaan, die we alleen speculatief kunnen kennen, ontstaat het universum of heelal zoals wij dat kunnen waarnemen. In het grote ei van de oneindigheid, het Orfische Ei (zie kaart XXI, het Universum), staat de boom van het leven. De boom van het ware weten. De Kabbalistische Levensboom zelf is opgebouwd uit 10 sferen die met elkaar verbonden zijn door 22 paden. Er is ook een geheime sfeer, die werd echter alleen aan de ingewijde bekend gemaakt. Het Hebreeuwse woord voor sfeer is sephira (meervoud: sephiroth). De sferen zijn genummerd van 1 tot en met 10.

De boom is verder opgedeeld in vier werelden:

Atziluth is de wereld van de verbeelding of oerbeelden. Het is eveneens de wereld van het element vuur. Hieraan zijn de eerste drie sferen toegekend. Deze naar boven gerichte driehoek bestaat uit:

  1. Kether, Kroon;
  2. Chochma, Wijsheid;
  3. Binah, Inzicht of Begrip.

Briah is de creatieve wereld waarbij het element lucht hoort. Het is de naar beneden gerichte driehoek van:

  1. Chesed, Mededogen of Genade;
  2. Geburah, Gestrengheid of Sterkte;
  3. Tifereth, Schoonheid.

Yetzirah is de vormende wereld van het element water. De naar beneden gerichte driehoek van:

  1. Netzach, Overwinning;
  2. Hod, Schittering of Luister;
  3. Yesod, Fundament of Grondslag.

Assiah is de handelende wereld van de aarde met daarin:

  1. Malkuth, Koninkrijk.

Van belang is dat er geen verschil is in hiërarchie tussen de werelden en sferen, alles is even belangrijk en onmisbaar. Het Koninkrijk van het leven wordt op de aarde gerealiseerd. In elke sfeer staat trouwens weer een hele boom conform het ‘droste-effect’: een boom in een boom, in een boom, tot in het oneindige. De tien sferen van de boom zijn met elkaar verbonden via de zogenoemde paden. Er zijn 22 paden genummerd van 11 – 32 (de eerste tien cijfers zijn al aan de sferen gegeven). Het Hebreeuwse alfabet bestaat uit 22 letters, die zijn aan de 22 paden toegekend. In het Hebreeuws verbeelden de letters ook getallen, daarmee is aan elk pad, elke sfeer en elke wereld ook een bepaalde getalswaarde verbonden. Tot slot zie je de geheime sfeer Da’ath wat kennis of bekennen betekent. Het is met vruchtbaarheid en seksualiteit verbonden, met de appel en de slang.

Er valt veel over de boom te zeggen. Zo is er bijvoorbeeld de Flits. Dat is de geest van het AL dat zich uit de sluiers van het negatieve bestaan manifesteert in de kosmos. Dat gaat dan als een bliksemschicht via Kether in volgorde van de nummering van de sferen tot aan Malkuth. De geest daalt neer in de stof zeggen we dan. Wij als mensen hebben de moeizame taak om vanuit de stof weer op te stijgen, terug naar de bron, thuis te komen in onszelf. Dat gaat via een onophoudelijk proces van boven naar beneden en weer terug, van links naar rechts en andersom. Bij Carl Jung is dat het individuatieproces van de mens. Bij een bliksemschicht op de Tarotkaarten mag je ook aan deze Flits denken.

Verder zijn er de Zuilen. De sferen Binah, Geburah en Hod vormen de linker zuil die ook wel Boaz, de Zwarte Engel, wordt genoemd. Het is de vrouwelijke zuil, Yin in het Chinees. In Oosterse termen bekend als de vergaarbak van het karma van de ziel. De rechter zuil is Yang, de mannelijke zuil, Jahin, de Witte Engel, soms de bestemming van de ziel genoemd. In het midden, Malkuth, Yesod, Tifereth en Kether, staat de zuil van Evenwicht of Verzoening. De mens verheft zich met de slang van inzicht – vergelijkbaar met de slangenkracht van de Oosterse Kundalini-energie – in de Levensboom, waarbij hij of zij alle sferen van de boom moet doorgronden. Zuilen op Tarotkaarten verwijzen naar deze drie beginselen.

Merk op dat de vrouwelijke zuil de Zuil van Gestrengheid wordt genoemd, en de mannelijke zuil de Zuil van Mededogen, naar de middelste sferen van respectievelijk Geburah en Chesed. De mannelijke sfeer Geburah ligt tussen de vrouwelijke sferen van Binah en Hod, terwijl de vrouwelijke sfeer Chesed tussen de mannelijke sferen van Chochma en Netzach ligt. Dit komt overeen met het Chinese principe dat alles verdeeld is in Yang en Yin, maar dat niets helemaal Yang of helemaal Yin is, waarbij Yin en Yang bij voortduren in elkaar overgaan. De Zuil van Evenwicht staat voor het eeuwige spel van de verbinding der tegendelen, oftewel de verzoening.

Heel veel mensen zijn het eens met de uitspraak dat er meer tussen hemel en aarde is dan we op school geleerd hebben. Ze ervaren als het ware de sfeer Yesod als het Fundament van een hogere orde. Veel mensen voelen zich daadwerkelijk verbonden met het hogere. Sommigen uiten hun religieuze beleven met veel luister, toeters en bellen (Hod), anderen met talrijke woorden, regels of verstilde litanieën (Netzach). Er zijn natuurlijk allerlei tussenvormen. Vaak komt het religieuze beleven niet verder dan dit niveau. De Levensboom laat zien dat er nog veel meer te beleven valt. We moeten de vruchten van de boom van kennis van goed en kwaad eten, ons aangereikt door de slang. Dat is de appel van Eva. Probleem is dat we niet altijd weten of we de ‘goede’ appel eten. In sprookjes eten we dan de gifappel die is aangereikt door een boze heks. We moeten dan eerst de schaduw in onszelf verteren, verwerken. Anders gezegd moet Adam om Eva te krijgen eerst Lilith versieren.

In de Levensboom is de ware kennis verborgen in de sfeer van Da’ath. Daar moet de definitieve sprong gemaakt naar het samenvallen van het jungiaanse kleine zelf met het Grote Zelf. Dat is geen makkelijk te nemen sprong. In de Levensboom is dit bekend als het overbruggen van de grote Kloof die ons scheidt van Atziluth, de wereld van EEN. Het hoeft geen betoog dat dit geen permanente staat is in dit leven. Het zijn de momenten in het individuatieproces waarin je je daadwerkelijk voelt samenvallen met het grote geheel, de momenten van zelfheling die vervolgens op een ander niveau beproefd zullen worden op hun innerlijke verwerking. We zijn bezig met een permanent proces van zelfheling en zelfverwerkelijking.

De kaarten in de Levensboom
Er zijn verschillende manieren om de kaarten in de boom te plaatsen. Wij volgen hier het systeem dat werd gebruikt in de orde van de Golden Dawn.

De veertig kaarten van de Kleine Arcana zijn heel makkelijk onder te brengen. Alle enen horen bij sfeer 1, Kether, alle tweeën bij sfeer 2, Chochma, alle drieën bij sfeer 3, Binah enzovoort tot alle tienen bij sfeer 10, Malkuth. De Staven zijn daarbij het Vuur aspect van de sferen, de Bekers het Water aspect, de Zwaarden het Lucht aspect en de Schijven het Aarde aspect. Je kunt de werkelijkheid niet louter vanuit één element beschrijven, je hebt ze alle vier nodig. Je hebt het hele spectrum van willen, voelen, denken en doen nodig om jezelf goed neer te zetten. Tevens wordt zo nog eens benadrukt dat alle gelijkgenummerde kaarten bij elkaar horen. De vier elementen met hetzelfde getal vormen als het ware de sporten van een tientredige ladder die je op moet klimmen om bij jezelf te komen.

Bij de Hofkaarten vallen de Ridder en de Koningin samen in respectievelijk Chochma en Binah als het vrouwelijke en mannelijke aspect van het Éne. De idee hierachter is dat als de Geest in de Stof komt, het Éne zich manifesteert in Kether, er gelijk een splitsing volgt in mannelijk en vrouwelijk, in Yang en Yin. De Heilige Drie Eenheid is in deze uitleg niets anders dan het Ene Mannelijke Vrouwelijke, in de Levensboom voorgesteld door Kether, Chochma en Binah. Zoals we hiervoor gezien hebben zet deze polariteit zich voort in de hele boom en de hele werkelijkheid, maar sluit het tegelijkertijd ook de andere pool in. Hier ligt ook een aanrakingspunt met de Anima en Animus van Jung. De Prinsen zijn in Tifereth gesitueerd, de centrale sfeer in de Levensboom waar alles in Schoonheid tezamen komt en waar ook het Ego is gezeteld. Je hebt een gezond ego nodig om jezelf te kunnen realiseren. De Prinsessen tot slot (en begin) vallen samen met Malkuth, we moeten ons op aarde verwezenlijken.

In andere spellen hebben de Hofkaarten vaak andere namen. Je kunt die kaarten op dezelfde manier in de boom plaatsen. Je moet dan wel weten wat de overeenkomstige kaarten zijn. Bij Waite/Smith is de volgorde: Koning, Koningin, Ridder en Page die achtereenvolgens in Chochma, Binah, Tifereth en Malkuth zijn gelegen. In de Tarot van Marseille is de volgorde: Koning, Koningin, Ruiter en Boer. Je kunt ze nu zelf hun plek in de boom geven.

5.
Over de toedeling van de Grote Arcana in de boom is veel langer gedelibereerd. Dat de 22 kaarten samenvallen met de 22 paden is geen punt, maar de wijze waarop wel. Belangrijk in de twisten zijn hierbij de getalswaarden van de Hebreeuwse letters en de Romeinse nummering van de Tarot. De Dwaas vormt hier een uitzondering met het getal 0. Waar ligt de Dwaas? Louter mathematisch is dat geen kwestie, de nul komt gewoonweg voor de één. De toedeling is dan eenvoudig. Je begint met de Dwaas op pad 11 en eindigt dan met het Universum op pad 32 waarbij je tevens de tussenliggende kaarten keurig op volgorde van de paden legt. Eenvoud is altijd mooi. Dit was volgens het genootschap van de Golden Dawn de juiste volgorde.

Sommige occultisten wilden de Dwaas echter in de sluiers van het negatieve bestaan plaatsen. Daar kun je natuurlijk best over speculeren. Je komt dan wel een kaart te kort voor de bezetting van de 22 paden. Dat heeft dan ook geleid tot een zoektocht naar een verscholen kaart van de Grote Arcana. Dat mag natuurlijk allemaal best, maar het hoeft niet. Je kunt zonder meer aannemen dat de nummering van de Tarotkaarten niets van doen heeft met de getalswaarden van het Hebreeuwse alfabet. De eerste letter Alef heeft de waarde 1, de tweede letter Beth de waarde 2, enzovoort, tot en met de tiende letter Yod, die 10 als waarde heeft. Daarna heeft de elfde letter Kaf de waarde 20. Zo gaat het verder met 30, 40 enzovoort. Kaart XX van de Tarot zou dan nog op Kaf kunnen vallen. Maar voor de andere kaarten uit de Grote Arcana is er dan geen directe plaats meer. De volgorde van de nummering in de Tarot staat dus los van de getalswaarde van de Hebreeuwse letters. Niettemin zijn ze op de paden van de boom te plaatsen zoals hiernaast staat conform de opvatting van de Golden Dawn.

We hebben nu op een elegante manier de Tarotkaarten gesitueerd in de Kabbalistische Levensboom. Zowel de Tarot en de Kabbalah zijn beide benaderingen van de werkelijkheid met een eigen heuristiek en hermetiek, om het maar eens deftig te zeggen. Ze hebben elk hun eigenheid en waarde. Wel is het zo dat je als je beide benaderingen op elkaar betrekt, je prachtige nieuwe dimensies kunt ontdekken, zoals al gezegd in de aanhef van dit artikel. Merk op dat Da’at niet is weergegeven. In Da’at wordt het zuivere spel van de Tarot gespeeld: de ontsluiering van het grote Geheim van het Leven. Ga hierbij ter rade bij de Hogepriesteres, zij weet daar alles van.

Crowley heeft in zijn ‘Book of Thoth’ de Ster en de Keizer omgewisseld. Als je daar op goede eigen gronden niet in mee wilt gaan, houdt niets je tegen die wisseling weer ongedaan te maken. Zoals eerder opgemerkt is de waarheid open en veelzijdig.

6
Net zoals Crowley de omdraaiing van de Gerechtigheid en de Kracht bij Waite weer bewust ongedaan maakte, doen wij dat in navolging van hem met zijn eigen wisseling. De Ster hoort natuurlijk beneden bij de Zon en de Maan en de Keizer bovenaan in de Levensboom. Het was gebruik bij veel occultisten om door wisselingen en verdraaiingen van het bekende beeld de lezer op een punt van aandacht te wijzen. Vervolgens ga je op zoek naar de juiste interpretatie (of het wordt je verteld door de meester zelf). Dat zoeken gaat en ging wel eens mis. De verwijzing naar de Ster houdt in dat het bij de Tarot en de Kabbalah gaat om de universele wet van de liefde.

In het oprechte esoterische denken gelden een aantal grondregels. Allereerst vergt het een open en integere houding. Daarna volgen de drie grote uitgangspunten die Crowley zelf shakespeariaans formuleert als: “Do what thou wilt shall be the whole of the law.” “Love is the law, love under will.” “Every man and every woman is a star.” Dit is natuurlijk geen vrijbrief om achteloos te doen wat je maar wilt. Integendeel, vrij vertaald: Doe wat je wilt is de ware wet, de hele wet van liefde, welwillende en welbewuste liefde, want jij en ik, man en vrouw, zijn unieke sterren.’ Het gaat om zuivere liefde. Op de kaarten van het Thot deck zelf kun je de structuur van de Levensboom geheel of gedeeltelijk terug vinden. Op Staven 1, Bokalen 10 en Schijven 10 zijn duidelijke impressies te zien. Je vindt ze overigens ook terug op de kaarten van Waite & Colman Smith en talrijke andere spellen.

Dick Schoof.

www.dickschoof.nl / www.centrumvoortarot.nl

Geen reactie's

Sorry, het is niet mogelijk om te reageren.